De geschiedenis van de Métis gaat terug tot midden 17e eeuw. Toen Europese pelshandelaren en kolonisten met inheemse vrouwen begonnen te trouwen ontwikkelde zich een nieuwe mengcultuur. De Métis spraken een eigen taal, Michif, een mengeling van Cree en Frans, met leenwoorden uit het Engels, Ojibwe en Nakota. Vandaag de dag heeft de taal echter niet meer dan 1000 sprekers.

De naam Catawba betekend ‘mensen van de rivier’. Deze stam leefden aan de Catawba rivier vlakbij de grens van noord en zuid Carolina, uitstrekkend naar het westen tot aan de Broad rivier, hun grens met de Cherokee.

De Cayuse stam bestaat nog steeds en leven nu in het ‘Confederate tribes of the Umatilla Nation’ reservaat, samen met de Umatilla en de Walla Walla.

De Kickapoo kwamen van oorsprong uit Texas. Zij kregen land van de Spaanse koning in 1775. Dit gebied lag in het noorden van het Spaanse deel van Mexico. Dit gedeelte van Mexico werd later Texas.

‘Mika’ betekent ‘wasbeer’, van oorsprong een indiaans woord. Mika is een typisch Finse naam die afgeleid is van Micha!, dat letterlijk “die als God” betekent. Ook in Japan komt de naam Mika veel voor, waar het “heerlijke geur” betekent.

Ook bij de indianen waren er rangen en standen, die verworven werden door te ‘Spreken’. De beste spreker van de stam, werd dan ‘Nata’ genoemd

De Paiute indianen begonnen met het bekendmaken van een belangrijke boodschap onder indianen in het westen van de Verenigde Staten. Dit was de dans die later bekend zou worden als de Ghost Dance. Het was een eeuwenoud spiritueel ritueel bij indiaanse stammen in de Verenigde Staten van Amerika. Aan het eind van de negentiende eeuw kende het een bijzondere opbloei.

Zo’n 8000 jaar geleden begonnen de Shoshone’s met hun trek naar het huidige Idaho. Ze hadden lange tijd in het gebied New Mexico / Arizona geleefd, voorzien van alle gemakken. Waarschijnlijk waren het de klimatologische veranderingen die de Shoshone het gebied uit dreven.

Het originele leefgebied van de Tonkawa’s was langs de ‘balcones Escarpment’ tussen Austin en st Antonio. Maar eigenlijk was hun leefgebied groter waar ook de heuvels rond de Ilano en mason Texas bij hoorde.

De naam Ciboney, wat grotbewoner betekent, stamt uit de tijd van het inheemse Taínovolk van de Arowakken. Er is bewijsmateriaal dat een aantal van de Ciboney enige tijd in grotten heeft geleefd. Door de jaren heen zijn er veel theorieën ontstaan over hoe de Ciboney op de Caraïben zijn gekomen. Toen de Europeanen arriveerden, waren de Ciboney door de veel sterkere naburige Taino al naar het westen van Quisqueya en Cuba verdreven.

De Muisca is een Colombiaanse Chibcha-sprekende indianenstam. Op het hoogtepunt van de Muisca-cultuur leefden er zo’n 56 verschillende stammen met ongeveer 1.000.000 inwoners verspreid in nederzettingen over het gebied van het huidige Cundinamarca en Boyacá. De Spaanse overheerser gaf deze groep indianen de naam Muisca omdat ze het woord veelvuldig gebruikt hoorden worden. De indianen duidden zichzelf echter niet aan met deze naam, het woord Muisca betekent in dit Chibcha-dialect 'persoon'. Door de klankovereenkomst en het feit dat de Spanjaarden veel Muiscas aantroffen werden ze ook wel Mosca genoemd, het Spaanse woord voor vlieg.

De Paez, ook wel Nasa genoemd, is een Colombiaans indianenvolk. De meeste Paez bewonen het gebied Tierradentro in het departement Cauca. Op de bergtoppen van Tierradentro liggen de fraaie graftombes van hun krijgshaftige voorouders. De meeste Paez zijn niet groter dan 1,60 m en hebben een gedrongen postuur. Ze hebben dik, steil en zwart haar, een koperkleurige/bruine glanzende huid en zwarte ogen. Het gezin is de belangrijkste bouwsteen van de Paez-samenleving. De meeste Paez zijn afhankelijk van de landbouw, met name teelt van kleine dieren. Verder houden ze zich bezig met kunstnijverheid en diensten zoals transport, handel, onderwijs en openbaar bestuur.

De Yawalapiti zijn een inheemse stam in het Amazonegebied van Brazilië. Het huidige dorp Yawalapiti ligt meer naar het zuiden, tussen de Tuatuari en Kuluene River. Ze hebben een bevolking van 237 zielen (2010), een stijging van het dieptepunt van 25 in 1954.

De Xavante zijn een inheems volk in Brazilië. Oorspronkelijk komen zij uit de deelstaat Goiás, maar in de 19e eeuw zijn de meesten naar Mato Grosso verhuisd. In 2000 waren er 9.602 Xavante. De Xavante bewonen 70 dorpen in Mato Grosso, in het gebied van de Serra do Roncador. Dit is een bergketen in het noordelijk deel van het Hoogland van Brazilië. Hun woongebied wordt door henzelf Marãiwatséde genoemd. De Xavante leven vooral van de jacht, de visserij en het verzamelen van vruchten en de zachte delen van sommige palmsoorten. Zij jagen vooral op tapirs, pampa- en moerasherten, reuzenmiereneters en pekari's.

De Appaloosa is een paardenras. Het ras wordt gekenmerkt door een gevlekte vacht. De oude Chinese keizers noemden ze ‘Hemelse paarden’. In de Verenigde Staten hadden ze alles te maken met de Indianen, vooral met de Nez Percé-stam. De Indianen noemden het ras ‘Paulouse’ naar de rivier Palouse maar later is de naam Appaloosa ontstaan. De Appaloosa heeft veel goede eigenschappen: uithoudingsvermogen, een heel goed karakter en ze zijn heel veelzijdig.